Het reünie effect.
Je klikt het bijna weg, mopperend dat je hier toch een spamfilter voor hebt. Op de valreep vang je een glimp van een bekende naam op. De naam van je oude school. Je opent de mail; ‘Kom je ook naar de reünie’?
Wat je reactie ook is, of je het nu geweldig vindt en niet kan wachten óf verschrikkelijk en liever een kikker opsnuift dan naar een reünie te gaan, een reflex schiet bij ons allemaal aan.
Je waarderingsweegschaal springt op standje ‘aan’. In gedachten sta je er al, lauw biertje in de hand, papieren bekertje, toch gekozen voor je witte sneakers, uren bezig geweest om er ‘effortless gelukt’ uit te zien, maar niet té. Wel iets te veel parfum, toch, shit.
Je probeert er zelfverzekerd en ontspannen uit te zien, terwijl je probeert in te schatten of je er ouder of jonger uit ziet dan de rest. Je hoopt dat dat ene popi meisje, die gelikte gast met die grote mond enorm dik en kaal zijn geworden en verslikt je bijna in je lauwe moezelwijn van deze teleurstellende interne gedachte.
Je bent weer 16 en je kijkt naar jezelf. Ben ik gelukt? Ben ik wie ik wil zijn? Ben ik leuk genoeg, mooi, lief, rijk, maatschappelijk betrokken, geslaagd, kinderrijk en geliefd genoeg? Hoe zien ze mij?
Je weet het wel, het maakt helemaal niets uit wat ‘de rest’ vindt. Wat vind jij? Het draait maar om
een vraag. Stel dat jij nu op een reünie zou zijn waar de enige persoon die zou komen opdagen jouw 16-jarige ik is. En je staat daar. Te veel parfum, opgedoft voor… ja voor wat? Voor wie? Voor je eigen 16-jarige ik?
Stel die ene vraag: ‘Ben ik alles geworden wat je droomde?
– Aukje Westerbeek